Slachtveld in het Duitse bos
Wellness en moord in Duitsland
Gastblog van Jessica de Rooij
Naar Duitsland gaan is voor mij altijd een stukje terug in de tijd, een onthaastreis. Voor een opgefokte Randstedeling is Stünzel en omgeving een welness-en relaxoord. Boodschappen doen is een oefening in vertragen, je loopt sowieso al meer km’s omdat de meeste winkels groter zijn dan hier. Natuurlijk zoek je ook meer omdat je de paden niet kent. Zo zocht ik me een ongeluk naar eieren en kon ze echt niet vinden. Dus ik in mijn sukkel-Duits een medewerkster aanspreken die met haar collega stond te praten. “Wo kan ich die ‘eiern’ finden” .. wist ik veel wat eieren is in het Duits, ik probeer het dan altijd in een soort van op z’n Gronings klinkend Nederlands met een ingeslikte ‘n’.
Tok, tok, tok
Ze kijkt me niet begrijpend aan en daar had ik me op voorbereid. Dus ik zeg “tok tok tok” en “ploep” en vorm met mijn vingers een ei. Ze vonden het erg grappig en ik moest ook hartelijk om mezelf lachen. “Oooooooohhhhh .. eier”, zegt ze. Dat is waarom ik mijn cursisten (ik geef Nederlandse les) altijd leer om wat onzin te verkondigen voordat ze zaken gaan doen in hun tweede taal, zodat mensen even de tijd hebben om aan hun stem en uitspraak te wennen. Zelf vond ik mijn ‘eiern’ best wel op haar ‘eier’ lijken.
Rustig lopen we helemaal naar de andere kant van winkel en ze toont me het schap dat inderdaad redelijk verstopt lag. Eier in da pocket! Ook bij de kassa gaat het heerlijk gemoedelijk, moet er even met een bevriende klant gekletst worden en hebben ze alle tijd voor je.
Ik moet eerlijk zeggen dat het me in Zaandam zou irriteren, en hier vind ik het zo lekker gemoedelijk. Leerpuntje voor mezelf!
De boswachters rond Bad Berleburg
De buren in Stünzel zijn ook altijd onthaast-inspirators. De hele familie is natuurliefhebber. Heinz 79 jaar, voormalig bosbeheerder, zijn dochter Gritta (geeft Rundwanderungen), schoonzoon Robert beiden ongeveer onze leeftijd, en ook hun kinderen weer. Ze hebben niets met commercie en leven bijna voor het bos. Vooral het behoud van het bos, bomen en natuur. Ze kennen het bos op hun duimpje en zoals wij zien dat de buren verderop in de straat een nieuwe auto hebben, zien zij welke boom aangevreten is door een ree of door een poepje dat er wasberen langs zijn geweest. Fascinerend vind ik dat verschil in ‘ogen’.
Robert werkt dus als een soort bosbeheerder in dienst van de Graff von Wittgenstein. Hij vreest een beetje voor zijn baan want de bossen worden momenteel behoorlijk uitgemoord. Door wat? Door een piepklein beestje .. een kevertje.
Het beestje meet slechts 5 mm en brengt een ware slachtpartij aan in de Duitse bossen. Nou ja lees zelf maar op NOS site (kijk ook het filmpje) of Met de bomen op de berg gaat het bergafwaarts. De enige remedie is kappen en zo snel mogelijk afvoeren. En hierdoor donderen de houtprijzen naar beneden en kan de industrie al dat hout niet verwerken. Het kappen van de besmette bomen is een race tegen de klok.
Rundwanderung Stünzel, Bad Berleburg
Frank en ik krijgen een mooie en indrukwekkende rondleiding van Robert, waarbij we de urgentie voelen van het drama. Hij laat ons zien hoe je besmette bomen herkent en vertelt ons ook hoe lastig de kever eigenlijk te ontdekken is, want als je de symptomen op de bomen ontdekt, ben je eigenlijk al te laat en kan de kever alweer bij een volgende boom zijn. Daarom kappen ze 3 rijen dik om elke besmette boom heen. Overal liggen gestapelde, gevelde boomstronken. De bomen voor de kap van morgen zijn al gemerkt. Zoals anderen over hun geliefde motor, auto of nieuwe machine praten, zo praat Robert over ‘zijn’ bomen en zijn bos. Nu heeft hij het dus heel druk maar over een tijdje is er zoveel gekapt dat er niet veel onderhoud meer nodig is, althans dat vreest hij.
Eigenkweekte forel bij der Forellenhof
Ook bij een bezoek aan restaurants ga je vaak terug in de tijd. We vonden een foldertje van een restaurant dat we nog niet kenden en besloten er heen te gaan. Op avontuur … Der Forellenhof lag ergens in the middle of nowhere, de berg af over een half verhard weggetje. We zouden forel gaan eten maar daar kwam het niet van met al dat lekkers op de kaart.
De inrichting omschrijven wij als sober, echt Duits, jaren 90. In Nederland zou ik er niet inlopen maar in Duitsland werkt die ‘umgebung’ onthaastend. Het was echt Duitse haut-cuisine, en dat ik patat (mijn guilty pleasure als ik uit eten ga) bij mijn excellent gestoofde Ierse boeuf bestelde, kon de kok nauwelijks verkroppen. Het eten was heerlijk. Ik heb nog nooit zo lekker Duits gegeten, meestal is het me te vet. Buiten nog even naar de echte visjes gekeken en ja we zagen ze echt springen in de vijver. Volgende keer dan maar forel.
Het was weer een heerlijk Stünzelweekend. Een weekendje stünzelen, begint een werkwoord te worden.